vrijdag 13 mei 2011

de stem (audioblog)


Ooit loste je stem een openstaande vacature in.
Je toekomstige baas was zo onder de indruk van je telefonische sollicitatie, dat hij je bijna blindelings de job aanbood. 'Bijna', want op het laatste nippertje regelde de man toch nog een 'vleeskeuring' kwestie zeker te zijn dat het magere loontje optimaal zou renderen. Gelukkig was je toen nog een jonge frisse deerne.

Je hoorde het donderen in Keulen, je uitspraak was net datgene wat je inwendig kon doen huilen van ellende. Als kind sprak je de 'r' niet goed uit. Die lag ergens tussen de warme engelse patatjes. Ingeslikt, verborgen en verbogen. Het verrijkte wel je taal, de anekdote wil dat je als kleuter bewust was van dit euvel. Je zocht steevast naar 'r'-loze synoniemen. In de zaak van je ouders stond een goederenlift. Iedereen sprak steeds over 'den ascenseur'...alleen jij, ukkie die je was, gebruikte verbeten het woordje 'lift'. Dictie, logopedie ze baatten niet. Meer dan een franse 'r' kwam er niet uit. En die vond je zo afschuwelijk en geforceerd dat hij maar tussen die warme engelse patatjes werd weggemoffeld, enkel tijdens de zo gehaatte franse les was hij handig. In al je kinder- en jeugdjaren was je je dus pijnlijk bewust van deze slechte uitspraak, bovendien kreeg je vaak te horen dat je niet goed a r t i c u l e e r d e, tsja, wie kan er nu met een aardappel in zijn mond duidelijke taal verkondigen? Eén of andere griek had het je ooit wel eens voorgedaan, maar dan met stenen. Aardappelen waren gelukkig wat smakelijker.

Ergens in je twintiger jaren kwam het mirakel gegoten in twee jaar zangles. De herhaalde ademhalingstechnieken en een plots voorgeschotelde italiaanse aria creeërden de vluchtroute, weg uit de hel. Je had natuurlijk wel eerst omstandig uitgelegd dat je al die 'r'-en onmoglijk kon doen rollen als een woeste golfslag op een maagdelijk strand, maar de zangleerkrachte wuifde het zomaar weg..... "zing nu maar gewoon.".... De basis was in de voorgaande jaren gelegd ... de dictie, de logopedie.... het was de nodige onderbouw om die 'r' tot leven te wekken. meer nog, een tropische donderslag verbleekte erbij. Je stem kreeg voorgoed een andere kleur!
Dat was dan ook meteen het enige goede aan die hele zanglessenperiode. Voor het overige was het een puur traumatische ervaring. Eentje die je voorgoed 'en public' de mond snoerde als er iets van 'zingen' werd gesugereerd. (tenzij in de vroege uurtjes op feestjes.. maar wie spreekt dan nog van 'zingen'?)

Je bent nu al een eindje carrièreloos en je stem ligt stoffig opgeborgen tussen de dagelijkse sleur. Tot vandaag, in een gesprekje met een ex-radiomedewerker kwamen stemmen en hun 'timbres' even ter sprake. Je vroeg je af of je het nog wel in je had.... of je het ooit wel in je gehad had.... maar tja, dat werd in je profesionele periode door bekenden en onbekenden zo vaak spontaan gemeld. En een blinde medestudent verklapte je dat hij die eerste keer dat hij je stem door de gangen hoorde galmen overtuigd was dat je voor de radio werkte. (Tot nu toe je mooiste compliment op stemgebied) Anderen namen soms geen blad voor de mond en suggereerden met een kwinkslag een telefonische job van 'ahum' minder familiale aard.
Het moest dus wel waar zijn en zo begon je te zoeken naar 'stemopnamemogelijkheden'. Na al die jaren wou je zelf ontdekken waarom mensen je stem aan de telefoon zo leuk vonden klinken.

Wat snuisteren op de computer beloonde je met een opnamepakketje. Een erg compact en basic pakketje welliswaa. Je eerste pogingen waren er dan ook naar. Bijna gaf je er meteen de brui aan, ze moesten zich toch allemaal vergist hebben en de telefoonkwaliteit in mijn hoogdagen was vast erg mild bij het verdoezelen van die enge stem die uit de boxen schalde. Vooral omdat je het eerst met wat 'meezingen' had uitgetest terwijl een franse chansonier begeleidde via je hoofdtelefoon..... Dat dit niet zo'n goed idee was had je gezien bovenstaande verklaring wel kunnen weten. Gelukkig kwam je koppige natuur weer boven drijven. Toch nog maar eens proberen. En waarempel, na wat keelgeschraap en het nodige kuchwerk kwam er toch nog iets 'aardigs' uit. hmmm, maar als een zwoele telefoonstem vond je het niet klinken. .
Je besloot het maar aan derden over te laten. Toen 's avonds de andere helft van het trouwboekje thuiskwam moest die er aan geloven. Toen hij het blogstukje onder lichte dwang beluisterde vroeg hij verbaasd wie dit had ingesproken.... whow.... en het klonk niet eens afkeurend maar oprecht verrast, BINGO, je had je 'stem' terug!.

Je werd meteen wat overmoedig en bedacht dat je, net zoals je grote voorbeeld, Simon Carmiggelt, best wel wat van je 'stukjes' in kon spreken. Zo werd je blogje ook wat geanimeerder dacht je. Maar dat was buiten de waard gerekend. Blogger liet niet zomaar audiobestandjes toe. TE SIMPEL! Nee nee, een mens moet nu meteen een filmpje maken of de hele handel via een website downloaden. Eigen creativiteit werd, behalve schrijvende, duidelijk niet geapprecieerd.
Gelukkig bracht je man soelaas. Met wat knip- en plakwerk, wat testresultaatjes, de nodige omgevingsstilte en dito inleespogingen later, kwam een eerste audioblogje tot wasdom. Je diepte zelfs nog enkele dictie instructies op uit de oude doos en liet die 'eind-n' keurig vallen. Plots was de fenix uit haar assen herrezen, bestoft en gekreukt en met wat meer ademnood, maar ze leefde nog, en hoe! Ze popelde om het volgende stukje in te spreken... en zo gebeurde..

1 opmerking: